Autisme Ambassade of Psychische Diversiteits Ambassade?

Een autisme ambassade is een netwerk van medewerkers die openheid creëren over autisme, en daardoor autisme op de werkvloer ‘gewoner’ maken. Het is ontstaan vanuit het idee dat iedereen verschillend is, maar wel gelijkwaardig. Waarom dan geen Psychische Diversiteits Ambassade? In dit artikel leggen we het uit.

‘’Iedere medewerker verschilt, maar is ook gelijkwaardig. Inzicht in en acceptatie van zulke verschillen komt het persoonlijk en collectief functioneren ten goede.’’

De visie achter het fenomeen ‘autisme ambassade’ is dat medewerkers van de eigen organisatie vertegenwoordigers worden van bovenstaand idee. Om die visie overtuigend uit te dragen heb je ambassadeurs nodig: personen die uit eigen ervaring spreken. Het is daarbij nodig dat zij zich openlijk kwetsbaar opstellen als het gaat om hun functioneren.

Netwerk van medewerkers

Een autisme ambassade is een netwerk van medewerkers. Door openheid maakt het netwerk autisme bespreekbaar en normaler. Het netwerk laat zien dat ook medewerkers met autisme kunnen floreren binnen een organisatie. Ieder op zijn eigen manier.

Regelmatig krijgen we de vraag waarom er niet is gekozen voor een breder psychisch diversiteitsnetwerk. Een netwerk voor medewerkers met allerlei achtergronden, kwetsbaarheden en (psychische) diagnoses. Voor de boodschap “gelijkwaardig verschil” is de exacte aard van de kwetsbaarheid niet bepalend. Er zijn een aantal redenen waarom het beter zou zijn om niet voor één doelgroep, zoals autisme, te kiezen. Ook zijn er argumenten om juist wel te starten met specifieke autisme ambassadeurs. We zetten de verschillende argumenten voor je op een rijtje:

Argumenten voor een ‘breed’ ambassadeurschap

  • In de visie van het ambassadeurschap staat inclusie centraal. Door het ambassadeurschap te beperken tot één groep, stel je grenzen aan de eigen inclusiviteit. Een autisme ambassade die zich uitspreekt voor inclusie, maar die geen ambassadeurs toelaat met een andere diagnose dan autisme kan minder overtuigend zijn in haar boodschap.
  • Autisme is een spectrum. Dat maakt het moeilijk om exact te bepalen wat wel autisme is en wat niet. Wetenschappelijke inzichten hierin veranderen steeds. Ook de psychiatrie kan niet precies vaststellen wie autisme heeft en wie niet. Mensen die zich sterk herkennen in autisme, maar bij wie (nog) geen officiële diagnose is gesteld, zijn potentieel ook goede ambassadeurs.
  • Voor potentiële ambassadeurs én voor overige collega’s is het mogelijk minder beladen om zich te identificeren met een breed ambassadeursschap, dan specifiek met ‘autisme ambassadeurschap’. Dit kan meer herkenning en minder weerstand bij collega’s geven en mogelijk meer kandidaat ambassadeurs.

Argumenten voor een ‘autisme’ ambassadeurschap

  • De kracht en het onderscheidend vermogen van het ambassadeursschap liggen in de openlijke kwetsbaarheid van de ambassadeur. Uit onderzoek blijkt dat autisme één van de diagnoses is waar nog het meeste stigma op rust. Door het ‘autisme ambassadeurschap’ te noemen is openheid over de eigen (soms beladen) diagnose in de organisatie vanzelfsprekend. Dat vormt een goede basis voor een ambassadeurschap.
  • Over de (on)mogelijkheden van werken met autisme bestaan verschillende opvattingen. Het idee van een collega met autisme die gelijkwaardig functioneert, wordt nog niet overal geaccepteerd. Dit nodigt uit tot gesprek. Er is vaak veel belangstelling voor bijscholingen en workshops over autisme. Dit biedt de ambassadeurs veel aanknopingspunten om in gesprek te gaan.
  • De visie van ’gelijkwaardig verschil’’ moet uiteindelijk ook invloed hebben op de organisatiecultuur en -keuzes. Een gevoel van urgentie is daarvoor nodig. Het kan helpen om bewust te zijn dat de thema’s die ambassadeurs aansnijden, iedere medewerker aangaan. Om onderwerpen op de agenda te krijgen, is een specifieke boodschap van collega’s, bij wie de urgentie groot is, nuttig.
  • Onderwerpen die voor medewerkers met autisme relevant zijn, hebben ondanks verschillen tussen personen vaak overeenkomsten. Overprikkeling, sociale verwachtingen, assertiviteit en sociale stress spelen bijvoorbeeld vaak een rol. Hierdoor kunnen autisme ambassadeurs vrij specifiek en concreet uitleggen wat zij nodig hebben. Het is relatief eenvoudiger om deze boodschap onder het voetlicht te krijgen dan een zeer brede en genuanceerde boodschap over hoe het bij allerlei verschillende mensen werkt. 
  • Personen met een autisme classificatie zijn in de meeste organisaties behoorlijk ruim vertegenwoordigd (schatting lopen uiteen van 1% tot 2% van de medewerkers). Om uiteenlopende redenen neemt dit percentage in de afgelopen jaren toe. Dit betekent dat veel collega’s er (in-)direct al mee te maken hebben, en dat de boodschap daarmee belangrijk gevonden wordt. Dit betekent ook dat het relatief makkelijk is om potentiële ambassadeurs te vinden.

Methodiek

In de methodiek die Vanuit autisme bekeken ontwikkelt, wordt om bovenstaande redenen gekozen voor een ‘autisme’ ambassadeurschap. De redenen voor een ‘breed’ ambassadeurschap mogen daarbij niet uit het oog worden verloren. Het blijft een feit dat een ‘breed’ ambassadeurschap inclusiever is, en daarmee beter aansluit bij de visie. In de methodiek wordt een breed ambassadeurschap daarom ook niet uitgesloten, maar gezien als mogelijke vervolgstap wanneer een autisme ambassade is gerealiseerd.