Levensloopbegeleiding tijdens Corona: wekenlang in bed, of iedere dag contact

De intelligente lockdown zorgde voor een forse verandering in de bestaande routines van de deelnemers aan de pilot Levensloopbegeleiding en hun levensloopbegeleiders. Er lag geen draaiboek klaar, en het was aan de deelnemers, hun naasten en de levensloopbegeleiders om de beste werkwijzen en oplossingen te zoeken.

De uitbraak van het coronavirus maakte het de afgelopen maanden voor deelnemers en levensloopbegeleiders niet altijd even makkelijk. Sommige levensloopbegeleiders werden dagelijks platgebeld, anderen hadden weken geen contact met hun deelnemer. Sommige deelnemers vonden het prima om te beeldbellen, anderen moesten er niets van hebben. De nieuwe situatie heeft heel wat aanpassingen gevergd. Inmiddels zijn de deelnemers en levensloopbegeleiders blij dat ze langzaam weer een beetje teruggaan naar een ‘normale’ situatie. Vier levensloopbegeleiders uit de pilot groep in Haarlemmermeer vertellen hoe deze periode voor hen verlopen is.

Dag en nacht ritme

Levensloopbegeleider Ada kent haar deelnemer Cor al jaren. Voordat de pilot bestond was ze begeleider van zijn vrouw, die heel plotseling overleed. Net als Cor, hebben drie van zijn vier kinderen autisme. Ada raakte enorm betrokken bij het gezin en samen met Cor vormt ze nu een setje binnen de pilot Levensloopbegeleiding. “Cor is een slimme man, met een goede baan als data analist. Voor hem was het digitaal werken tijdens Corona geen probleem. Wel vond hij het lastig om een goed dag en nacht ritme te houden. Hij werkte vaak tot ‘s avonds laat, ging daarna te laat slapen, maar moest de volgende ochtend wel weer om negen uur beginnen. Dat hield hij niet vol.”

Ada besloot na een poosje digitaal contact al vrij snel om Cor weer te gaan bezoeken en hem te helpen met een goed ritme. “Twee keer per week starten we de dag met een uur wandelen. Daarna pakt hij zijn laptop uit zijn tas, die in de kast ligt en kan zijn werkdag beginnen. We hebben heel bewust de laptop in de kast gelegd. Als Cor de laptop aan het einde van de dag weer terug legt in de kast, is dat een duidelijke afsluiting van de werkdag. Zo ligt de laptop ‘s avonds uit het zicht, en komt Cor niet in de verleiding om door te werken”, vertelt Ada.

“Omdat we elkaar al zo lang kennen, hebben we aan een half woord genoeg.”

Ook hielp ze hem met het leefbaar houden van zijn omgeving. “Hij vergeet soms de gordijnen en de ramen open te doen,” vertelt Ada. Tijdens het wandelen bespreken Cor en Ada dingen waar hij tegenaan loopt. Cor heeft bijvoorbeeld een zoon die in een woongroep voor mensen met autisme woont. Hij mocht tijdens de lockdown niet naar huis, maar wilde dat wel. Hij stond op een gegeven moment al bij de bushalte om naar huis te gaan. Het is voor Cor, maar waarschijnlijk voor iedere vader, verschrikkelijk om dan te zeggen dat hij niet thuis mag komen. Cor appt me in dat soort situaties meteen, ik blus de brand en los het op. Omdat we elkaar al zo lang kennen, hebben we aan een half woord genoeg.”

Iedere dag contact

Het fijne van de pilot is dat levensloopbegeleiding mag toenemen als dat nodig is. Tijdens Corona betekende dat voor Ada dat ze iedere dag contact had met Cor. Dat maakte de eerste maand van de lockdown zwaar, vooral ook omdat ze naast Cor nog meer mensen begeleidt. “Na een week of vijf hebben we een nieuw ritme gevonden. Ik heb toen aangegeven dat ik wilde proberen om weer iets minder contact te hebben. Mijn les is geweest dat timemanagement tijdens een crisis extra belangrijk is. Het loslaten van mijn werk en het inplannen van vrije tijd is noodzakelijk om het vol te houden.”

Wekenlang in bed

Ook Arjanne en John proberen een nieuw ritme te vinden. Ze zijn allebei levensloopbegeleiders en begeleiden samen drie deelnemers. Iedere ochtend starten ze met een kopje thee en het bespreken van de agenda van die dag. Naast de dagelijkse begeleiding, nodigen ze regelmatig deelnemers uit om bij hen thuis te komen eten. Dit deden ze ook tijdens Corona. Voor sommige deelnemers was deze aanpak heel fijn. Voor anderen, zoals de zestienjarige Joris, niet. Hij heeft gedurende de lockdown eigenlijk alleen in bed gelegen. Het lukte niemand om hem eruit te krijgen. Arjanne en John hebben alles geprobeerd om met hem in contact te komen, maar hij reageerde niet. “Joris en ik hebben overeenkomstige interesses en we hebben een eigen soort taalgebruik. Heel soms, als ik hem in dat taalgebruik aansprak, appte hij terug. Maar de telefoon opnemen deed hij niet. We zijn betrokken bij dit gezin en hebben soms zelf slapeloze nachten, omdat we piekeren over hoe het nu met hem moet. Hij is zo in zijn eigen bubbel gekropen dat we hem nu maar moeilijk verder kunnen helpen,” vertelt John.

“Zijn blik toen ik hem voor het eerst weer ophaalde om een stuk te gaan rijden was fantastisch.”

Gelukkig zijn er ook leuke momenten tijdens Corona. John begeleidt ook Maarten binnen de pilot. Voor de Corona maatregelen gingen hij en John vaak stukken rijden met de auto, om iets te bezichtigen of een wandeling te maken. Al vrij snel na de lockdown bleek dat Maarten die uitstapjes erg miste. “Ik heb hem toen gevraagd of hij ‘kassière’ wilde spelen, met een plexiglas plaat tussen de twee voorstoelen van de auto, net als bij een kassa. Daar moest hij even over nadenken, maar hij stemde toe. Ik heb de plaat in mijn auto gemonteerd en zijn blik toen ik hem voor het eerst weer ophaalde om een stukje te gaan rijden was fantastisch. Het was heel mooi om zijn blijheid over deze oplossing te zien”, aldus John.

Op veilige afstand

Het bleef voor alle begeleiders en hun deelnemers zoeken naar de beste manier van samenwerken. Deelnemer Nanny wilde bijvoorbeeld absoluut niet beeldbellen, maar miste wel heel erg het sociale contact. “Al vrij snel hebben we toen bij haar in de tuin afgesproken, op veilige afstand", vertelt haar levensbegeleider Monique. “Het was eerst even wennen. Nanny vond het niet altijd fijn om persoonlijke dingen aan me te vertellen in haar tuin, waar ze het idee had dat de hele buurt mee kon luisteren. We hebben toen afgesproken dat we over de persoonlijke situaties eerst bellen en dat ik daarna, voor het sociale aspect nog even op visite kom. Deze vorm werkt voor ons goed”, vertelt Monique. Ze vindt het ook leuk dat ze zijn gaan wandelen. “Ik woon al mijn hele leven in Hoofddorp en dacht dat ik ieder plekje kende, maar Nanny heeft me plekken laten zien waar ik nog nooit was geweest.”

Vanwege privacy zijn sommige namen gefingeerd.