Tips voor het sporten

Sporten is veel meer dan een lichamelijke inspanning. Denk aan de sociale kant, het omgaan met prikkels uit de omgeving en het organiseren en plannen van trainingen en/of wedstrijden.

Het sporten plannen

Wil je graag duidelijkheid vooraf? Dan is het handig om het sporten op een dag- of weekrooster te zetten. Zo kun je ook vast nadenken over de tijd voor en na het sporten:

• Wat zal ik van tevoren eten?
• Wat ga ik na het sporten doen?
• Wat kan ik onderweg zeggen (als je met anderen naar de sportclub reist)?
• Wat doe ik tijdens het wachten?

Voorbereiding op wedstrijden

Speel je wedstrijden? Dan kan het prettig zijn om je goed voor te bereiden. Zeker bij een uitwedstrijd. Bespreek bijvoorbeeld deze punten met je coach of je teamgenoten:

• Waar vindt de wedstrijd plaats? 
• Waar vertrekken we?
• Met wie zit ik in de auto? 
• Hoe lang is het rijden?
• Waar is de WC/ kleedkamer/ kantine?
• Wie is de tegenstander?
• Wie staan er in de basis?
• Wie coacht ons?
• Wie is de scheidsrechter / jury?
• Wanneer begint de wedstrijd?
• Wanneer is de prijsuitreiking?
• Wanneer gaan we naar huis?
• Op welke manier spelen we (strategie)?
• Welke materialen hebben ze daar?

Er is natuurlijk wel altijd een kans dat er op het laatste moment iets verandert. Als je daar niet goed mee om kunt gaan, is het misschien beter om niet te veel te weten van tevoren. 

Aanpassen aan ander dagritme

Sporten gebeurt vaak op zaterdag. De omschakeling van het door-de-weekse ritme naar het weekend kan lastig zijn. Het kan helpen als je zelf je sporttas inpakt. Je bent dan al fysiek bezig, en het kan je een gevoel van controle geven.

Een paar adviezen hierbij:

• Je kunt een checklist gebruiken waarop staat wat je mee moet nemen. 
• Controleer eventueel samen met iemand anders of je alle spullen hebt. Dat kan stress bij de sportclub voorkomen. 
• Sommige spullen zijn alleen nodig bij wedstrijden, die kun je bijvoorbeeld in een aparte kolom zetten.
• Een grote, overzichtelijke sporttas kan handig zijn. Met voldoende vakjes voor losse spullen zoals het clubpasje, medicatie, een telefoon en fietssleutels.
• Zorg voor voldoende schone sportkleding.

Rust vooraf 

Voorkom dat je al overprikkeld aankomt op de sportclub. Neem genoeg rust vooraf. Vermijd bijvoorbeeld prikkels als moeilijk (huis)werk, spelletjes met veel spanning of sociale contacten op de dag van het sporten. Zaterdagochtenden zijn vaak hectisch. Het kan dan handig zijn om op vrijdagavond vast wat te doen, bijvoorbeeld de tas inpakken.

Vervoer

Ook het vervoer naar de sport kan een grote stressbron zijn. Wat vind jij het prettigst? Als iemand je wegbrengt, als je er zelf heen fietst, of je samen met iemand anders gaat? Op tijd vertrekken scheelt vaak veel stress.

Wachttijden

Haasten kan stress geven, maar wachttijd ook. Dus probeer ook te voorkomen dat je veel te vroeg bij de sportclub bent.  

Bij wedstrijden of toernooien is wachttijd echter onvermijdelijk. Een boek, muziekspeler of spelletje kan helpen om de wachttijd goed door te komen.

Op de sportclub: de kleedkamer

Tips voor in de kleedkamer:

• Zoek een rustige plek uit; het liefst een vaste plek.
• Doe oordopjes/ herriestoppers in je oren.
• Kleed je om met je gezicht naar de muur.
• Een vaste volgorde voor het omkleden kan handig zijn.

Bijzonderheden over je autisme melden bij de trainer

Zijn er bijzonderheden waardoor je misschien anders reageert dan normaal? Je kunt dat altijd tegen de trainer zeggen. Bijvoorbeeld als je een ingrijpende gebeurtenis hebt meegemaakt, als je medicijnen gewijzigd zijn, als je ziek bent geweest of gewoon een slechte dag hebt. Door dit te vertellen voorkom je dat de trainer teveel van je vraagt.