Verzekeringsarts
Bij jou op het spreekuur
Deze informatie is primair bedoeld voor verzekeringsartsen en medisch adviseurs die arbeidsongeschiktheidsclaims beoordelen.
Als verzekeringsarts heb je te maken met verzekerden (cliënten) met autisme, al dan niet gediagnosticeerd. Naar schatting heeft 1,16% van de bevolking autisme. In de cliëntengroep van verzekeringsartsen is dit percentage vermoedelijk hoger. Meer informatie over autisme vind je op de pagina Psychiater. Informatie over het risico op uitval uit het werk door autisme vind je onder Bedrijfsarts.
Waarom is aandacht voor autisme belangrijk?
Het (h)erkennen van autisme is relevant voor je beoordeling van de individuele belastbaarheid van de verzekerde. Onderkenning van autisme is noodzakelijk om de impact van autisme op werk mee te kunnen wegen in de beoordeling. Die impact kan makkelijk onderschat worden omdat veel volwassenen met autisme hun beperkingen – vaak onbewust en soms jarenlang – kunnen maskeren. Daardoor ontstaat echter vaak een structurele overbelasting.
Aandacht voor niet-herkend autisme is ook relevant voor de verzekerde zelf. Het krijgen van een diagnose kan veel duidelijk maken over moeilijkheden in het verleden en de weg openen naar acceptatie, therapie en leren omgaan met beperkingen. En daarmee naar betere participatie.
Tot slot kan herkenning van autisme leiden tot de constatering dat het voorliggende re-integratietraject niet goed aansloot bij wat de verzekerde nodig had om goed te functioneren. Dit inzicht kan voor de verzekerde leiden tot nieuwe re-integratiemogelijkheden, waarin men meer rekening houdt met de impact van autisme.
De impact van autisme op het leven en het werk verschilt per persoon. Kennis van autisme is noodzakelijk om de belastbaarheid zorgvuldig te beoordelen.
Autisme herkennen
Het is niet makkelijk om als verzekeringsarts autisme te herkennen, gezien het korte contact met de verzekerde en de grote variatie aan uitingsvormen. En juist mensen die lang hebben gefunctioneerd maar uiteindelijk toch uitvallen uit werk, voldoen vaak niet aan het typische beeld van autisme. Autisme komt bijvoorbeeld ook veelvuldig voor bij vrouwen, bij mannen met een gezin en bij werknemers in hooggekwalificeerde functies.
Er zijn wel signalen op basis waarvan je aan autisme kunt denken. Bijvoorbeeld de aard van de klachten en problemen op het werk die verzekerde ervaart. Maar ook het gedrag van de verzekerde kan een aanwijzing geven.
Signalen autisme voor de verzekeringsarts
Het komt regelmatig voor dat een verzekerde autisme heeft zonder dat dit bij jou bekend is. Autisme kan zich op heel verschillende manieren uiten waardoor het niet makkelijk te herkennen is. In sommige situaties kan de diagnose autisme juist duidelijk maken dat een volledige werkweek een te zware belasting is. En als autisme niet is herkend, bestaat de kans dat de re-integratie niet optimaal is verlopen. Wellicht is terugkeer naar werk dan nog mogelijk als men bij de re-integratie en op het werk rekening houdt met de impact die autisme heeft op de werknemer.
Wat kan opvallen in het gesprek?
De inhoud van het gesprek kan aanwijzingen geven voor autisme. Je constateert bijvoorbeeld dat de verzekerde:
- Een externe locus of control heeft: hij legt oorzaken buiten zichzelf, bij anderen of bij situaties.
- Boos en/of gefrustreerd is door mensen in zijn omgeving.
- Wanhoop laat blijken, bijvoorbeeld omdat hij niet meer weet hoe het verder moet.
- Een of meer conflicten benoemt, in het werk of privé.
- Onbegrip of onwil ervaart bij mensen op zijn werk of privé.
- Moeite heeft met de overgang van weekend/vakantie naar werk en andersom.
- Werkelijk niet begrijpt waarom zijn goede intenties op het werk steeds verkeerd begrepen of uitgelegd worden.
- Problemen op het werk heeft die ook als positieve eigenschap uitgelegd kunnen worden. Bijvoorbeeld: de werkgever vindt dat de werknemer traag werkt als hij zijn werk heel nauwkeurig uitvoert.
- Weinig of geen sociale contacten buiten het werk heeft, al dan niet als eigen keuze. Bijvoorbeeld omdat hij zelf geen initiatief neemt om vriendschap te onderhouden of omdat hij na het werk zo moe is dat hij er geen persoonlijke contacten bij kan hebben.
- Moeite heeft met hulp vragen, of moeite heeft om uit te leggen welke hulp hij nodig heeft. Ook kan de cliënt gedesillusioneerd zijn omdat zijn hulpvraag nooit goed opgepakt is.
- Zijn dag-nachtritme heeft verschoven.
- In het verleden vaker uitgevallen met burn-out-achtige klachten.
- Jaren heeft gewerkt, maar is uitgevallen na een grote verandering op het werk of in zijn privéleven (vaak bij oudere werknemers).
Wat kan opvallen in het dossier / de achtergrondinformatie?
Vaak zijn in het dossier aanwijzingen te vinden die kunnen duiden op autisme. Dat kunnen recente situatie zijn, maar ook gebeurtenissen in het verleden. Bijvoorbeeld:
- Meerdere afgebroken opleidingen, waarbij de verzekerde steeds verder onder zijn niveau kwam.
- Meerdere werkgevers die het contract niet hebben verlengd (‘12 ambachten en 13 ongelukken’).
- Een reorganisatie, ontslag of promotie was aanleiding tot klachten die leken op burn-out.
- Problemen op het werk zijn ontstaan of geëscaleerd na invoering van flexplekken.
- Uitval van werk door grote veranderingen in de privésfeer, bijvoorbeeld een verhuizing (zelfstandig gaan wonen) of het verlies van een partner, ouder of kind.
- Verschillende psychiatrische diagnoses (depressie, persoonlijkheidsstoornis, schizotypische stoornis, borderline enzovoort), maar behandeling had nooit veel effect.
- Problemen met het vinden en of houden van een partner of nooit een partner gehad.
- Moeite hebben (gehad) met het vinden en/of houden van vrienden.
- Bij een of meer kinderen van de verzekerde is sprake van autisme (mogelijk in combinatie met een verstandelijke beperking).
- Last van prikkels waar een ander geen last van lijkt te hebben, terwijl ze voor de verzekerde echt niet hanteerbaar zijn.
- Problemen zijn zo opgelopen dat er sprake lijkt te zijn van een arbeidsconflict.
- Er is sprake van een of meer DeskundigenOordelen (DO’s).
- Verschillende pogingen om te re-integreren die niet zijn geslaagd.
- Een eerdere aanvraag voor een WAO-, Wajong-, Ziektewet- of WIA-uitkering, die al dan niet is toegekend.
- In het verleden een poging om als zelfstandig ondernemer aan de slag te gaan.
- (Ver) onder het opleidingsniveau werken.
- Op volwassen leeftijd nog bij de ouder(s) wonen. De persoon is nooit zelfstandig gaan wonen of is weer naar het ouderlijk huis teruggekeerd.
- In aanraking geweest met justitie.
Vrouwen met autisme
Autisme bij vrouwen komt regelmatig voor en is vaak nog lastiger te herkennen dan bij mannen omdat vrouwen vaak meer sociale vaardigheden ontwikkelen of aanleren. Op het werk kan autisme bij vrouwen net zo veel invloed hebben als bij mannen.
Vrouwen met autisme krijgen nogal eens (onterecht) de diagnose borderline, OCD en/of eetstoornis.
Gesprek met de verzekerde
Bij mensen met autisme is extra zorgvuldigheid nodig om het onderzoek zo min mogelijk belastend uit te voeren. Denk bijvoorbeeld aan concrete communicatie, een duidelijke structuur in het gesprek en expliciete afspraken.
Het contact met een verzekerde die autisme heeft, kan anders verlopen dan het contact met andere cliënten. Misschien kijkt hij je niet of heel weinig aan, komt het gesprek niet goed op gang, is hij heel direct of kun je zijn reacties niet goed plaatsen. Dit hangt samen met een andere manier van informatieverwerking in de hersenen, wat invloed heeft op het waarnemen, denken en doen. Een open houding van jou als verzekeringsarts helpt dan om het gesprek zo prettig mogelijk te laten verlopen en de juiste informatie van de persoon te krijgen.
Beoordeling van het dossier
Bij de beoordeling van het dossier is onder meer relevant:
- Hoe is de re-integratie verlopen?
- Sloot de re-integratie aan bij de behoeften van de persoon met (vermoedelijk) autisme?
- Was er bij de re-integratie sprake van een tijdcontingent opbouwschema?
- Is er ook gekeken naar de randvoorwaarden waaronder hij goed kan functioneren?
- Is een coach ingeschakeld die voldoende ervaring heeft met autisme?
Cliënten bij wie autisme niet is herkend, hebben eerder vaak een of meer andere diagnoses gehad. Bijvoorbeeld een burn-out, obsessief-compulsieve persoonlijkheidsstoornis, borderline (vooral bij vrouwen) of depressieve klachten. Kenmerkend is dan dat de maatregelen en eventuele behandelingen de situatie niet hebben verbeterd en vaak zelfs hebben verslechterd. Dit kan dus ook een signaal zijn dat er sprake is van autisme.
Diagnostiek en autisme-expertise
Als je vermoedt dat een verzekerde autisme heeft, kun je overwegen dat met hem of haar te bespreken en eventueel een diagnosetraject adviseren. Autisme-diagnostiek bij volwassenen vraagt veel ervaring.
Aandachtspunten bij een verwijzing:
- De cliënt kan zelf een verwijzing vragen bij de huisarts.
- Wachtlijsten staan op de websites van de instellingen.
- Zorgverzekeraars kunnen bemiddelen als er een lange wachtlijst is.
- Instellingen zonder contract met een zorgverzekeraar hebben vaak veel kortere wachtlijsten. De kosten worden dan deels of helemaal niet vergoed door de zorgverzekeraar.
- Een overzicht van GGZ-instellingen met ervaring in autisme-diagnostiek bij volwassenen staat op Wegwijzer autisme.
- Particuliere diagnosestelling is te overwegen. Dit kost ongeveer 1400 euro ex btw. Het diagnosetraject wordt veelal binnen een maand afgerond. Particuliere diagnosestelling kan bijvoorbeeld bij Salude en Ergatis.