Jeugdarts

De kans dat je in je spreekkamer kinderen met autisme tegen komt is groot. Dat je je hier niet altijd bewust van bent is niet vreemd. De verschillen tussen kinderen met autisme zijn groot. En lang niet ieder kind gedraagt zich volgens de standaard kenmerken van autisme. 

Ouders met een kind dat onbegrepen gedrag vertoont komen meestal met een niet-specifieke hulpvraag bij u in de spreekkamer. Meer informatie over hoe u samen deze hulpvraag specifiek kunt maken, is te zien via het filmpje: Hoe help je iemand met autisme?

Ontwikkeling in eigen tempo en eigen volgorde

Een actueel verklaringsmodel voor het gedrag van kinderen met autisme is dat het kind zich in eigen tempo en volgorde ontwikkelt. Een kind met autisme ontwikkelt zich vaak eerst vooral cognitief (in de betekenis van rationeel), waardoor de sociaal-emotionele ontwikkeling minder snel gaat. Deze ontwikkelingsvolgorde veroorzaakt gedrag dat heel raadselachtig kan zijn voor mensen in de omgeving.  

Zie voor meer informatie hierover: Ontwikkeling in eigen tempo en eigen volgorde

Veranderingen als trigger

Veranderingen in de vertrouwde omgeving kunnen grote gevolgen hebben voor een kind met autisme. Het kan hierbij ook om kleinere veranderingen gaan, zoals een afwijkende route naar school vanwege een omleiding, een kinderfeestje in plaats van een vrije woensdagmiddag of een invallende leerkracht. Kinderen en jongeren met autisme moeten vaak veel langer wennen aan veranderingen dan hun leeftijdsgenoten zonder autisme. Ze kunnen er erg van van slag raken, wat het functioneren in de weg staat. Ook komt het voor dat ze er helemaal niet aan kunnen wennen en helemaal vastlopen. 

Bekende  voorbeelden van ingrijpende veranderingen bij kinderen zijn:

  • voor het eerst naar school gaan
  • naar een andere klas gaan/een nieuwe docent krijgen/andere locatie
  • de overgang van doordeweeks naar het weekend
  • de overgang van schoolritme naar vakantie
  • verhuizen
  • naar de middelbare school gaan

Wanneer je in gesprek met de ouders van het kind bent is het ook goed om na te gaan hoe de ouders zelf hebben gereageerd op veranderingen zoals:

  • gaan studeren
  • op kamers gaan
  • gaan werken
  • nieuwe baas, nieuwe werkgever, nieuwe setting op het werk door reorganisatie, invoering flexplekken-beleid
  • de overgang van werkritme naar weekend en andersom (of vermijding hiervan door doorwerken in het weekend)
  • een vaste relatie krijgen
  • samenwonen
  • trouwen
  • kind krijgen
  • scheiding
  • met pensioen gaan
  • partner verliezen

Wel of geen diagnose

Inzicht in eigen functioneren maakt het functioneren in de maatschappij vaak makkelijker. Door te snappen wat autisme is, kunnen mensen met autisme zich ontwikkelen in hun eigen tempo en volgorde. Het stellen van de diagnose kan hierbij helpen. De diagnose kan ook nodig zijn voor bijvoorbeeld een vergoeding van begeleiding. 

Tegelijkertijd brengt de diagnose autisme nog altijd een stigma met zich mee. Je kunt dit bespreken met het kind en de ouders. Is het voor hen nodig om een formele diagnose te krijgen? Of is het voldoende als zij de juiste kennis krijgen om het kind de ruimte te geven in eigen tempo en volgorde te ontwikkelen, en hem of haar op de juiste momenten te ondersteunen nieuwe ontwikkelstappen te maken?

Naar wie kun je doorverwijzen voor diagnose, hulp en ondersteuning?

  • Voor het stellen van de diagnose autisme is ervaring nodig. Wanneer niet dagelijks met autisme gewerkt wordt, is er een risico op zowel onder- als overdiagnostiek. Als je een vermoeden hebt dat het om autisme zou kunnen gaan, verzamel dan informatie over de ontwikkeling van het kind. Door in overleg te gaan met de huisarts, de kinderopvang of de school die het kind bezoekt. Raadpleeg de ambulante begeleiders van het speciaal onderwijs of overleg met autismedeskundige van het Jeugd- en Gezinsteam. Verwijs bij voldoende aanleiding het kind door naar een in autisme gespecialiseerde psychiater. 
  • Het gedrag van kinderen met autisme is nogal eens een grote uitdaging vormen voor de ouders. Zet de ouders in hun kracht om hun kinderen in hun ontwikkeling te begeleiden en te stimuleren. Verwijs hen door naar opleidingen en coaches. Dit is goed voor ouder en kind. Zij krijgen hiermee de tools om de situatie in hun gezin weer aan te kunnen.
  • Behalve de GGZ-instellingen zijn er ook veel kleinschalige initiatieven rondom autisme. De mogelijkheden voor het zelf houden van de regie en voor het thuis laten wonen/behandelen zijn bij deze initiatieven soms groter. Daarom is het goed om een weloverwogen besluit te nemen. De mogelijkheden staan op een rijtje in de Keuzehulp opvoeding en zorg (voor jeugd) en de Keuzehulp zorg (voor volwassenen)

Hoe verder als er sprake is van autisme?

  • Blijf het kind in zijn ontwikkeling met enige regelmaat volgen door contact te houden met de ouders en/of school. Maak daar heldere afspraken over met de ouders.
  • Ga zorgvuldig om met afspraken. Mensen met autisme zijn gevoelig voor plotselinge wijzigingen in afspraken. Mocht het nodig zijn afspraken te wijzigen, informeer betrokkene dan tijdig, helder en onderbouwd. 
  • Attendeer ouders en de omgeving van het kind (onderwijs, kinderopvang) op deze website, waar heel veel informatie over autisme op een laagdrempelige manier beschreven is. 
  • Je kunt benoemen dat lotgenotencontact (zowel voor betrokkenen als voor de omgeving) vaak helpt om te accepteren dat sprake is van autisme en dat hier vaak steun gevonden wordt. 
  • Levensloopbegeleiding kan helpen om op alle leefgebieden goed met autisme om te gaan.